- U bevindt zich hier:
- Home
- Referentie
- Fatima Taleb
Fatima Taleb is mantelzorger voor haar ouders. Als meisje kwam zij in de jaren zeventig met haar analfabete ouders mee naar Nederland. Zij kon amper ‘boom-roos-vis’ lezen toen haar vader vroeg om de brieven die hij kreeg voor te lezen zodat hij er voor zichzelf dingen uit kon halen. Zonder dat ze zich ervan bewust was werd ze mantelzorger. Hier in Nederland kreeg Fatima vier zussen. Alle vijf hebben ze hun eigen gezin en een baan. Hun ouders zijn op leeftijd en wonen nog zelfstandig. Met elkaar verdelen ze de mantelzorgtaken voor hun ouders.
Zorg voor je ouders
Ik ga door de week dagelijks bij mijn ouders langs. Als ik avonddienst heb ga ik eerst bij mijn ouders langs om koffie met hen te drinken. Als het een keer echt niet lukt om te gaan dan heb ik een telefoongesprek met hen. Mijn zussen komen om en om in het weekend. Mijn moeder heeft veel lichamelijke klachten en is hoewel ze er nog goed uitziet echt oud geworden. Zij stond altijd voor mij klaar toen mijn kinderen klein waren. Mijn vader die altijd keihard gewerkt heeft is al tien jaar ziek. Ik zou het mezelf niet vergeven als ik een dag niet naar hen geweest zou zijn. Zij zijn een deel van mijn leven.”
Als kind kreeg Fatima een paar boodschappen mee: ‘Je werkt voor je brood en je moet iets betekenen voor een ander.’ Ook werd gezegd: ‘Je moet een diploma en een rijbewijs halen zodat je onafhankelijk wordt. Neem deel aan de maatschappij want we zijn wel een deel van Nederland.’
Het zorgen werd haar ingegeven.
Mijn moeder maakte bijvoorbeeld soep voor de hele buurt. Als kind kreeg ik het helpen mee en dat is altijd gebleven. Mijn zussen en ik hebben ieder onze eigen taak voor mijn ouders. Ik ben er voor de leuke dingen. Ik neem ze mee naar buiten, een eindje wandelen of een keer uit eten. We maken weleens een uitstap naar de Keukenhof of De Efteling. Ze genieten er ook echt van om meegenomen te worden. Anders zitten ze maar de hele dag thuis. Vooral in corona tijd was dat erg. Ze zaten in de risicogroep en er was angst voor besmetting. We zochten naar mogelijkheden om die tijd toch voor hen te verlichten. Door een overkapping in de tuin te maken konden we toch contact hebben met elkaar. Als zij gelukkig zijn dan ben ik dat ook. Mijn ouders hebben goed contact met de buren. Die hebben hun huissleutel en ook mijn telefoonnummer voor het geval dat dit nodig is. Er is sociale controle. Via een vriendin ben ik terecht gekomen bij de mantelzorgbijeenkomsten. Ik neem daaraan deel en dat doet me goed. De bijeenkomsten zijn leuk en positief. Je voelt je gehoord. Je kunt je ding kwijt. Je krijgt handvaten hoe om te gaan met je emoties. Je hoort van anderen hoe die ermee om gaan. Het is echt geweldig en ook laagdrempelig. Marloes is heel makkelijk bereikbaar. Zij is een topvrouw! ik denk dat er steeds meer mantelzorgers nodig zijn .
Doordat mijn zussen en ik mantelzorgers voor onze ouders zijn hoeven ze geen beroep op de thuiszorg te doen. Zo ontlasten wij de zorg. Ook al zijn mijn ouders op leeftijd wij genieten van hen en daarom zorgen wij voor hen.
Gelukkig is er binnen de zorg steeds meer aandacht voor mensen met een migratie achtergrond. Het is nog niet perfect maar wel in ontwikkeling en er wordt steeds meer rekening mee gehouden.”